VAKBONDSSTATUUT IN LOKALE OVERHEDEN EN CPAS - MODULE VOOR GEVORDERDEN - DE WETGEVING TOEPASSEN Présentiel

TAAL

De opleiding bestaat alleen in het Frans en kan op verzoek in het Nederlands worden georganiseerd in het kader van een gereserveerde opleiding.

INLEIDING

De opleiding is bestemd voor ambtenaren die de basisprincipes van de wetgeving op het vakbondsstatuut reeds goed kennen en zich willen vergewissen van de volledige conformiteit van de door hun bestuur ingezette interne processen met de wet. Het doel van de geavanceerde module is de ambtenaren die belast zijn met het overleg of de onderhandelingen met de sociale partners in staat te stellen het wettelijke en reglementaire kader met betrekking tot het vakbondsstatuut te beheersen, de onderhandelings- of overlegcomités zo goed mogelijk voor te bereiden in zijn meest formele aspecten en conforme beslissingen te nemen inzake het beheer van afwezigheden van het personeel.

Dit betreft (vooral) : 

• Ambtenaren die voor de overheid taken moeten uitvoeren waarvoor het vakbondsstatuut moet worden nageleefd (bijvoorbeeld in de bijzondere, overleg- en onderhandelingscomités), of die uitspraak moeten doen over de loopbaan van een personeelslid of meer in het algemeen over het welzijn van het personeel
• Ambtenaren die belast zijn met de vertegenwoordiging van de overheid in de commissie

INHOUD

1) Introduction

• Voorstelling van de verschillende overlegsystemen in België (Wet van 1968, Wet van 1974, Wet van 1991, onderwijs) en benadrukken van hun belangrijkste verschillen 
• Toepassingsgebied van de wet van 1974
• Benadrukken van de belangrijkste kenmerken van het systeem dat door de wet van 1974 in het leven is geroepen

2) Risico's verbonden aan het ontbreken van onderhandelingen

3) Onderwerpen - onderwerpen voor onderhandeling/overleg (diepgaand)

• De 2 procedures: onderhandeling / raadpleging (verschillende podia)
• Onderwerpen waarover onderhandeld moet worden - minimumrechten (Koninklijk Besluit 1985)
• Onderwerpen waarover overeenstemming moet worden bereikt
• Arbeidsreglement
• Bevoegdheden overgedragen aan het CPBW
• Uitzonderingen (urgentie, wetsvoorstel, enz.)

4) De commissies (diepgaand)

• Praktische oefeningen met betrekking tot 8 ontwerpbesluiten 

5) Actoren - verschillende afgevaardigden (diepgaand)

• Representatieve / erkende organisaties
• Voorrechten
• Intern reglement
• De verschillende vakbondsafgevaardigden
• Detachering/vakbondsverlof
• Regels voor terugbetaling van salaris door vakbonden (indien geïnteresseerd)
• Loopbaan door opleiding
• Bescherming van winkelstewards

6) Procedures (diepgaand)

• Onderhandelingsprocedure
• Procedure voor overleg
• De verschillende protocollen/mededelingen (concrete voorbeelden)
• Procedure voor wijziging van arbeidsreglementen
• Een protocol opstellen

7) Oefening - globaal geval (diepgaand)

• Voorgestelde wijzigingen van werktijden of invoering van een bonus
• In welke commissie?
• Hoe start je de procedure?
• Wat moet er naar de vakbonden gestuurd worden?
• Hoe moet de vergadering worden bijeengeroepen?
• Wat gebeurt er als het project onderweg wordt gewijzigd?

Het vervolg van de module zal bestaan uit het uitdiepen van de verschillende specifieke punten van de wet op het vakbondsstatuut, MET NAME met betrekking tot de gemeenschappelijke bepalingen voor onderhandeling en overleg, vakbondsactiviteiten (erkenning, prerogatieven enz.), onderhandelingscomités (eigen bepalingen en oprichting, afdelingen en onderafdelingen, samenstellingen, notulen), overlegcomités (bevoegdheden en samenstellingen), procedures en organisaties van de overlegcomités, procedures voor toezicht op de voorwaarden enz.

Het betreft ook kennisneming van de geschillen tussen de gemeentebesturen en de OCMW's en de vakbondsorganisaties en kennisneming van de rechtspraak bij de Raad van State over het thema van het perceel.

De cursus is gericht op, maar niet beperkt tot, het volgende publiek: 

• De gemeentesecretarissen en -ontvangers, de directeurs human resources, de diensthoofden preventie van het welzijn
• Voor de OCMW's betreft dit a priori, maar is niet beperkt tot: eerste adviseurs, administratief en technisch adviseurs; adjunct-adviseurs; preventieadviseurs en adjunct-preventieadviseurs; inspecteurs-directeurs van de afdeling sociale zaken; directeurs van de verzorgingsinstellingen en adjunct-directeurs van de verzorgingsinstellingen; preventieadviseurs